Vermeer sluit levenslang Ajax niet uit
Na twee speelronden in de Eredivisie is duidelijk dat Kenneth Vermeer ook dit seizoen de beoogde eerste doelman is van Ajax. De 26-jarige Amsterdammer heeft vooralsnog de concurrentiestrijd gewonnen van Jasper Cillessen, die evenals in de vorige jaargang het doel zal verdedigen in het KNVB-bekertoernooi.
Eerder had trainer Frank de Boer al aangegeven dat Vermeer op basis van zijn verleden een streepje voor had op zijn collega, maar dat beiden in de voorbereiding een plaats onder de lat konden verdienen. ,,Ik heb alleen de trainer nooit gesproken”, reageert de voormalige jeugdinternational op de eerdere woorden van zijn coach. ,,Maar goed, je moet van jezelf uitgaan en niet van wat je in de pers leest.”
Dat Vermeer en Cillessen tijdens de oefencampagne weinig op de proef werden gesteld beseft eerstgenoemde terdege. ,,Maar dan nog moet je ervoor zorgen dat je er staat. Het gaat niet alleen om het tegenhouden van ballen, maar ook hoe je speelt, staat en coacht.”
Ondanks dat de voorkeur van De Boer voorlopig uitgaat naar Vermeer kunnen hij en Cillessen nog prima door een deur. ,,Net als voorheen”, beaamt de doelman die tweemaal landskampioen werd met Ajax. ,,Ik heb nog nooit problemen met iemand gehad en nu ook niet. Je moet ook goed met elkaar trainen om zelf beter te worden. En als een collega een goede wedstrijd speelt, ben je daar ook blij mee en feliciteer je hem daar ook mee. Zo ben ik natuurlijk wel.” Dat Cillessen teleurgesteld is, is volgens Vermeer begrijpelijk. ,,Dat zou iedereen zijn, dus dat is niet zo raar.”
In tegenstelling tot het keepersgilde van vorig seizoen is de transfervrij vertrokken Jeroen Verhoeven als derde doelman vervangen door de 18-jarige Mickey van der Hart. Een jongen met potentie, volgens Vermeer. ,,Sinds hij deze zomer bij de selectie is gekomen haalt hij een heel hoog niveau en traint hij goed. Ik denk dat hij een goede jongen is voor de toekomst.” Toch is het gemis van Verhoeven voelbaar. ,,Jeroen was toch wel een persoonlijkheid in de kleedkamer. Hij was een heel goeie, vrolijke gozer en ik kon goed met hem praten. Ik heb ook nog steeds contact met hem. Daarnaast missen we ook André in de kleedkamer”, doelt de sluitpost op de gestopte Ooijer. ,,Maar ja, die jongens zijn er niet meer. Nu zijn er andere jongens voor in de plaats gekomen. Zij vullen het ook goed in.”
Behalve Ooijer en Verhoeven keerden ook onder anderen Vurnon Anita en Aras Özbiliz Ajax deze zomer de rug toe ten faveure van respectievelijk Newcastle United en Kuban Krasnodar. ,,En dat zijn allebei grote vrienden van me. We hebben nu nog steeds dagelijks contact.” Ook in sportief opzicht ervaart hij het vertrek van met name Anita als een aderlating. ,,Ik denk dat het vertrek van Vurnon zeker een gemis is voor Ajax. Als je ziet wat hij de afgelopen jaren heeft gepresteerd. Hij pakte veel ballen af en was heel belangrijk voor het team. Iedereen gaat echter zijn eigen weg. En ondanks dat zullen Vurnon en ik elkaar nog vaak genoeg zien in Newcastle of Nederland. Ik zal hem dus alleen in het veld missen, daarbuiten hebben we gewoon contact.”
Het vertrek van Anita en Özbiliz is voor Vermeer geen aanleiding om ook zijn heil elders te zoeken. Niet voor niks verlengde hij enkele maanden geleden zijn contract tot medio 2015. Bovendien sluit hij een rol als een soort ‘Mister Ajax’ zeker niet op voorhand uit. ,,Ik zit al dertien, veertien jaar bij deze club met een tussentijds uitstapje van een jaar naar Willem II. Ik denk ook dat het helemaal niet vervelend is als je je hele carrière bij een topclub als Ajax mag spelen. Ik zou het in elk geval niet erg vinden en voel me hier happy. Zolang er ook niks op je pad komt en je het naar je zin hebt hoef je niet aan andere dingen te denken.”
Komende zaterdag wacht de Amsterdammers het thuisduel met NAC Breda. Een ontmoeting die vorig seizoen eindigde in een 2-2 gelijkspel. ,,Dat was een mindere wedstrijd van mij”, steekt Vermeer de hand in eigen boezem. ,,We stonden toen met 2-0 voor, maar daarna ging het hard. We hebben dus iets recht te zetten tegen NAC. Zeker thuis moeten we dat soort wedstrijden winnen.”
Tekst: Ajax.nl/Coen Heil
